Een geventileerde gevelbekleding is een dankbare oplossing om de gevel esthetisch op te smukken bij een renovatieproject. Maar de keuze voor een gevelbekleding brengt ook tal van uitdagingen met zich mee: mag het van de stedenbouwkundige diensten? Kan de bestaande gevel de extra belasting aan? Wat is esthetisch wenselijk? En hoe houd je circulaire opties maximaal open? Onze experts geven tips vanuit hun rijke praktijkervaring.
Een geslaagde gevelrenovatie heeft veel weg van een succesvol gelopen hindernissenparcours. “Dat begint al bij de aanvraag voor de omgevingsvergunning,” opent Ann Vandevelde, business unit manager bij Tectum Constructors. “De architect heeft vaak de grootste moeite om de stedenbouwkundige diensten te overtuigen van een geventileerde gevelbekleding. Hier is er nog altijd een sterke voorkeur voor steense materialen. Al staat die voorkeur haaks op de circulaire ambities van de overheid, want gevelstenen zijn, maar zelden te recupereren voor hergebruik. Dat geldt overigens ook voor verlijmde gevelbekleding.”
“Verlijmen is de meest economische oplossing wanneer de opdrachtgever of architect een onzichtbare bevestiging vraagt. Een zichtbare mechanische bevestiging is goedkoper dan verlijmen,” vult Bart Lips van Leonardo Fix aan. “Maar ze is zeker niet de enige oplossing voor een blinde montage en ook per definitie niet de beste oplossing. In eerste instantie zijn er de strenge plaatsingscondities; de temperatuur en luchtvochtigheid moeten goed zijn. Al leidt tijdsdruk er wel eens vaker toe dat die eisen genegeerd worden.”
In België komt de ommekeer langzaam op gang. “Onder meer omwille van de sinds 1 juli 2022 verstrengde brandregelgeving. Ieder onderdeel van een geventileerde gevel moet afhankelijk van het type gebouw (laagbouw, middelhoog of hoogbouw) aan bepaalde brandweerstandseisen voldoen. Vooral voor hoogbouw (>25m) zijn de eisen voor het aanbrengen van een gevelbekleding en in het bijzonder een geventileerde gevel sterk verstrengd. Zo is het aantal isolatiemogelijkheden beperkt en is het aanbrengen van een gevelbekleding op een houten draagstructuur en het verlijmen van de gevelbekleding op de onderliggende drager quasi onmogelijk geworden,” vertelt Ann Vandevelde.
Het alternatief voor het verlijmen is een blinde bevestiging. “Bij deze methodiek zijn ook geen schroeven zichtbaar. Ze bestaat al heel lang, maar ze wordt vaak niet gekozen omdat ze op het eerste gezicht duurder lijkt dan verlijmen. De voorbereiding is inderdaad arbeidsintensiever, maar de plaatsing verloopt snel en kan weersonafhankelijk gebeuren. We zien de laatste jaren dan ook een sterke groei,” licht Bart Lips toe. Volgende video illustreert het montageproces.
De montage van de gevelbekleding vraagt een goede draagstructuur. Het gaat dan niet alleen om de profielen, maar ook om de bestaande gevels. “Die moeten goed bestudeerd worden om na te gaan of aan het bestaande parament, de gevelbekleding in natuur- of kunststeen verankerd kan worden. Heel vaak moet deze gevelafwerking opnieuw of bijkomend verankerd worden in de achterliggende dragende wand om de nieuwe gevelafwerking te kunnen dragen. Het is raadzaam om indien mogelijk op verschillende plaatsen de bestaande gevelbekleding weg te nemen om de staat van de structuur te inspecteren. Dat levert meer dan eens onaangename verrassingen op, zeker bij hoge gebouwen die vaak zijn opgebouwd uit een betonnen skelet met invulmetselwerk,” zegt Ann Vandevelde. (zie foto's)
De stabiliteit van de dragende structuur heeft een rechtstreekse invloed op het concept van het profielsysteem waaraan de gevelbekleding wordt verankerd. “De aluminium profielen bepalen mee de warmteverliezen door de gevel. Het komt er dus op aan om een zo efficiënt mogelijke structuur te bepalen om zo het aantal bevestigingspunten en dus het aantal koudebruggen te beperken. Een bijkomend aandachtspunt vanuit dit oogpunt is de voegverdeling tussen de panelen. De voegverdeling heeft immers een invloed op het aantal profielen en dus ook op de U-waarde voor de gevel. Kortom, de architect bestudeert dat dus best al in de ontwerpfase zodat de EPB-verslaggever meteen met de juiste waarden kan rekenen. Vanuit die optiek vind ik het dan ook een aanrader om – in private aanbestedingen – in bouwteam een correcte gevelopbouw te bestuderen. Samen komen we tot een efficiënte en technisch haalbare oplossing.”
Mechanische bevestiging van gevelpanelen biedt nog andere voordelen. Op het einde van de levensduur van het gebouw, kunnen de verschillende materialen perfect van elkaar gescheiden worden tot zuivere materiaalstromen. Dat is niet onbelangrijk wanneer de duurzaamheid van een ontwerp wordt beoordeeld met een tool als Totem of GRO. Bart Lips daarover: “De aluminium profielen zijn mogelijk opnieuw te hergebruiken. Belangrijk is ook de relatief beperkte hoeveelheid energie die nodig is om de profielen te recycleren tot een nieuw aluminiumproduct. Voor de gevelpanelen ligt dat moeilijker omwille van de gekozen afmetingen. Al zal een creatieve architect er wel raad mee kunnen weten. Het is dan wel belangrijk om uit garantie-oogpunt ook naar de attestering van de fabrikant te kijken.”
De grote uitdaging in het halen van de circulaire doelstelling is het meekrijgen van de eindklant. “Architecten zijn wel overtuigd, maar de eindklant haakt vaak af op het prijskaartje. Maar het is niet onrealistisch, want de afgelopen 20 jaar zijn we ook anders gaan denken over isoleren en ventileren.”
Een andere troef van mechanische bevestiging van geventileerde gevels is de uitzettingsmogelijkheid. “De gevelpanelen haken aan de draagstructuur. Daardoor hebben ze nog de bewegingsvrijheid om uit te zetten onder invloed van temperatuurverschillen. Bij een pleisterafwerking of steenstrips op isolatie is dat bijvoorbeeld niet het geval. Dat kan zich dan in kleine scheurtjes manifesteren.”
Kortom, een mechanische bevestiging van geventileerde gevelbekleding biedt toekomstgericht zowel esthetische als duurzame troeven. “Het komt er vooral op aan vooraf de bestaande structuur goed te onderzoeken om een passend concept uit te werken. Tectum Constructors of Leonardo Fix werkt en denkt daar graag aan mee. We hebben al vaker in bouwteam opdrachtgevers geadviseerd over de ideale opbouw,” besluit Ann Vandevelde.
Een geventileerde gevelbekleding is een dankbare oplossing om de gevel esthetisch op te smukken bij een renovatieproject. Maar de keuze voor een gevelbekleding brengt ook tal van uitdagingen met zich mee: mag het van de stedenbouwkundige diensten? Kan de bestaande gevel de extra belasting aan? Wat is esthetisch wenselijk? En hoe houd je circulaire opties maximaal open? Onze experts geven tips vanuit hun rijke praktijkervaring.
Een geslaagde gevelrenovatie heeft veel weg van een succesvol gelopen hindernissenparcours. “Dat begint al bij de aanvraag voor de omgevingsvergunning,” opent Ann Vandevelde, business unit manager bij Tectum Constructors. “De architect heeft vaak de grootste moeite om de stedenbouwkundige diensten te overtuigen van een geventileerde gevelbekleding. Hier is er nog altijd een sterke voorkeur voor steense materialen. Al staat die voorkeur haaks op de circulaire ambities van de overheid, want gevelstenen zijn, maar zelden te recupereren voor hergebruik. Dat geldt overigens ook voor verlijmde gevelbekleding.”
“Verlijmen is de meest economische oplossing wanneer de opdrachtgever of architect een onzichtbare bevestiging vraagt. Een zichtbare mechanische bevestiging is goedkoper dan verlijmen,” vult Bart Lips van Leonardo Fix aan. “Maar ze is zeker niet de enige oplossing voor een blinde montage en ook per definitie niet de beste oplossing. In eerste instantie zijn er de strenge plaatsingscondities; de temperatuur en luchtvochtigheid moeten goed zijn. Al leidt tijdsdruk er wel eens vaker toe dat die eisen genegeerd worden.”
In België komt de ommekeer langzaam op gang. “Onder meer omwille van de sinds 1 juli 2022 verstrengde brandregelgeving. Ieder onderdeel van een geventileerde gevel moet afhankelijk van het type gebouw (laagbouw, middelhoog of hoogbouw) aan bepaalde brandweerstandseisen voldoen. Vooral voor hoogbouw (>25m) zijn de eisen voor het aanbrengen van een gevelbekleding en in het bijzonder een geventileerde gevel sterk verstrengd. Zo is het aantal isolatiemogelijkheden beperkt en is het aanbrengen van een gevelbekleding op een houten draagstructuur en het verlijmen van de gevelbekleding op de onderliggende drager quasi onmogelijk geworden,” vertelt Ann Vandevelde.
Het alternatief voor het verlijmen is een blinde bevestiging. “Bij deze methodiek zijn ook geen schroeven zichtbaar. Ze bestaat al heel lang, maar ze wordt vaak niet gekozen omdat ze op het eerste gezicht duurder lijkt dan verlijmen. De voorbereiding is inderdaad arbeidsintensiever, maar de plaatsing verloopt snel en kan weersonafhankelijk gebeuren. We zien de laatste jaren dan ook een sterke groei,” licht Bart Lips toe. Volgende video illustreert het montageproces.
De montage van de gevelbekleding vraagt een goede draagstructuur. Het gaat dan niet alleen om de profielen, maar ook om de bestaande gevels. “Die moeten goed bestudeerd worden om na te gaan of aan het bestaande parament, de gevelbekleding in natuur- of kunststeen verankerd kan worden. Heel vaak moet deze gevelafwerking opnieuw of bijkomend verankerd worden in de achterliggende dragende wand om de nieuwe gevelafwerking te kunnen dragen. Het is raadzaam om indien mogelijk op verschillende plaatsen de bestaande gevelbekleding weg te nemen om de staat van de structuur te inspecteren. Dat levert meer dan eens onaangename verrassingen op, zeker bij hoge gebouwen die vaak zijn opgebouwd uit een betonnen skelet met invulmetselwerk,” zegt Ann Vandevelde. (zie foto's)
De stabiliteit van de dragende structuur heeft een rechtstreekse invloed op het concept van het profielsysteem waaraan de gevelbekleding wordt verankerd. “De aluminium profielen bepalen mee de warmteverliezen door de gevel. Het komt er dus op aan om een zo efficiënt mogelijke structuur te bepalen om zo het aantal bevestigingspunten en dus het aantal koudebruggen te beperken. Een bijkomend aandachtspunt vanuit dit oogpunt is de voegverdeling tussen de panelen. De voegverdeling heeft immers een invloed op het aantal profielen en dus ook op de U-waarde voor de gevel. Kortom, de architect bestudeert dat dus best al in de ontwerpfase zodat de EPB-verslaggever meteen met de juiste waarden kan rekenen. Vanuit die optiek vind ik het dan ook een aanrader om – in private aanbestedingen – in bouwteam een correcte gevelopbouw te bestuderen. Samen komen we tot een efficiënte en technisch haalbare oplossing.”
Mechanische bevestiging van gevelpanelen biedt nog andere voordelen. Op het einde van de levensduur van het gebouw, kunnen de verschillende materialen perfect van elkaar gescheiden worden tot zuivere materiaalstromen. Dat is niet onbelangrijk wanneer de duurzaamheid van een ontwerp wordt beoordeeld met een tool als Totem of GRO. Bart Lips daarover: “De aluminium profielen zijn mogelijk opnieuw te hergebruiken. Belangrijk is ook de relatief beperkte hoeveelheid energie die nodig is om de profielen te recycleren tot een nieuw aluminiumproduct. Voor de gevelpanelen ligt dat moeilijker omwille van de gekozen afmetingen. Al zal een creatieve architect er wel raad mee kunnen weten. Het is dan wel belangrijk om uit garantie-oogpunt ook naar de attestering van de fabrikant te kijken.”
De grote uitdaging in het halen van de circulaire doelstelling is het meekrijgen van de eindklant. “Architecten zijn wel overtuigd, maar de eindklant haakt vaak af op het prijskaartje. Maar het is niet onrealistisch, want de afgelopen 20 jaar zijn we ook anders gaan denken over isoleren en ventileren.”
Een andere troef van mechanische bevestiging van geventileerde gevels is de uitzettingsmogelijkheid. “De gevelpanelen haken aan de draagstructuur. Daardoor hebben ze nog de bewegingsvrijheid om uit te zetten onder invloed van temperatuurverschillen. Bij een pleisterafwerking of steenstrips op isolatie is dat bijvoorbeeld niet het geval. Dat kan zich dan in kleine scheurtjes manifesteren.”
Kortom, een mechanische bevestiging van geventileerde gevelbekleding biedt toekomstgericht zowel esthetische als duurzame troeven. “Het komt er vooral op aan vooraf de bestaande structuur goed te onderzoeken om een passend concept uit te werken. Tectum Constructors of Leonardo Fix werkt en denkt daar graag aan mee. We hebben al vaker in bouwteam opdrachtgevers geadviseerd over de ideale opbouw,” besluit Ann Vandevelde.
Een geventileerde gevelbekleding is een dankbare oplossing om de gevel esthetisch op te smukken bij een renovatieproject. Maar de keuze voor een gevelbekleding brengt ook tal van uitdagingen met zich mee: mag het van de stedenbouwkundige diensten? Kan de bestaande gevel de extra belasting aan? Wat is esthetisch wenselijk? En hoe houd je circulaire opties maximaal open? Onze experts geven tips vanuit hun rijke praktijkervaring.
Een geslaagde gevelrenovatie heeft veel weg van een succesvol gelopen hindernissenparcours. “Dat begint al bij de aanvraag voor de omgevingsvergunning,” opent Ann Vandevelde, business unit manager bij Tectum Constructors. “De architect heeft vaak de grootste moeite om de stedenbouwkundige diensten te overtuigen van een geventileerde gevelbekleding. Hier is er nog altijd een sterke voorkeur voor steense materialen. Al staat die voorkeur haaks op de circulaire ambities van de overheid, want gevelstenen zijn, maar zelden te recupereren voor hergebruik. Dat geldt overigens ook voor verlijmde gevelbekleding.”
“Verlijmen is de meest economische oplossing wanneer de opdrachtgever of architect een onzichtbare bevestiging vraagt. Een zichtbare mechanische bevestiging is goedkoper dan verlijmen,” vult Bart Lips van Leonardo Fix aan. “Maar ze is zeker niet de enige oplossing voor een blinde montage en ook per definitie niet de beste oplossing. In eerste instantie zijn er de strenge plaatsingscondities; de temperatuur en luchtvochtigheid moeten goed zijn. Al leidt tijdsdruk er wel eens vaker toe dat die eisen genegeerd worden.”
In België komt de ommekeer langzaam op gang. “Onder meer omwille van de sinds 1 juli 2022 verstrengde brandregelgeving. Ieder onderdeel van een geventileerde gevel moet afhankelijk van het type gebouw (laagbouw, middelhoog of hoogbouw) aan bepaalde brandweerstandseisen voldoen. Vooral voor hoogbouw (>25m) zijn de eisen voor het aanbrengen van een gevelbekleding en in het bijzonder een geventileerde gevel sterk verstrengd. Zo is het aantal isolatiemogelijkheden beperkt en is het aanbrengen van een gevelbekleding op een houten draagstructuur en het verlijmen van de gevelbekleding op de onderliggende drager quasi onmogelijk geworden,” vertelt Ann Vandevelde.
Het alternatief voor het verlijmen is een blinde bevestiging. “Bij deze methodiek zijn ook geen schroeven zichtbaar. Ze bestaat al heel lang, maar ze wordt vaak niet gekozen omdat ze op het eerste gezicht duurder lijkt dan verlijmen. De voorbereiding is inderdaad arbeidsintensiever, maar de plaatsing verloopt snel en kan weersonafhankelijk gebeuren. We zien de laatste jaren dan ook een sterke groei,” licht Bart Lips toe. Volgende video illustreert het montageproces.